Dubbelvieren met Carnaval
Het bleef lang spannend, maar nu is het toch echt zover: dubbelvieren is een feit! Dit jaar vieren we Carnaval in Apestad niet één, maar twee keer. Met het loslaten van veel maatregelen, gaat ook het Carnavalsfeest lósss!
Wat kun je verwachten?
We zetten het programma voor je op een rijtje.
Carnaval Festival Apestad
Op zaterdag 26 februari is er groot feest op het Podium. We staan te popelen om ons weer in allerlei mooie creaties te heisen en dat blijkt wel, want dit Carnaval Festival is in korte tijd uitverkocht. Wie een kaartje heeft kunnen bemachtigen, kan het straks navertellen.
Carnaval in de binnenstad
Ook veel van de bekende adresjes voor polonaise en carnavalskrakers in de binnenstad zijn geopend. Van vrijdag 25 februari tot en met zondag (soms zelfs tot maandag 28 februari) zijn zij van de partij! Je kunt terecht bij o.a. Bakkers, Keesie (BijBroere), TakkenWijven Hut (Tonnie's Huiskamer), De Punt, Bij Nol en De Stee. Of ga voor Carnaval on air bij Spijs & Spraakwater op vrijdag en zaterdag.
Kindercarnaval
Bij Tonnie's Huiskamer, Keesie en De Stee kun je op zondagmiddag ook terecht voor kindercarnaval vanaf 14.00 uur.
De komende dagen vullen we deze informatie voor jullie aan met de laatste nieuwtjes en feestadressen. Of kijk op social media van de locaties!
Carnavalsoptocht in mei
De enige echte IJsselsteinse Carnavalsoptocht staat gepland op donderdag 26 mei, op Hemelvaartsdag, en dat blijft ook zo. Dan kunnen we nog een keer genieten van alle pracht en praalwagens. Zet het vast in je agenda, van 12.00 tot 17.00 uur op De Plaats en in de Benschopperstraat. Ook het kindercarnaval is verplaatst naar mei.
Hoe zit het ook alweer met Apestad?
En waarom noemt men IJsselsteiners ook wel Apeluiers? Het verhaal speelt zich af rond het jaar 1300 en werd door minstrelen en dichters ’s avonds of op feesten verteld.
"Kees, een oude knecht aan het hof van de heer Van Rijpickerwaard, bezat een aapje dat dezelfde naam had meegekregen als zijn meester. Omdat het diertje met kunstjes iedereen vermaakte, was Kees aan het hof zeer geliefd. Toen de aap dan ook ziek werd en overleed, heerste er droefheid op Rijpickerwaard. Terwijl de aap door de knecht en de slotheer in de hoek van de tuin werd begraven, vertelde een andere knecht, die zijn verdriet verdronk, dat Kees was overleden. De droeve tijding ging van mond tot mond en bereikte spoedig de schout. In de veronderstelling dat het Kees de knecht betrof, gaf de schout opdracht de rouwklok te luiden. Juist bezig de laatste schep op het graf te gooien, hoorden de slotheer en de knecht het klokgelui. Welke rampspoed stond hen te wachten?"
